
Volgens de VSSE blijven Joodse symbolen – waaronder synagogen, scholen en Israëlische instellingen – klassieke doelwitten voor zowel jihadistische als extreemrechtse terreur. In de context van oplopende internationale spanningen en mogelijke vergeldingsacties door Iran is de dreiging reëel. Iran zou elke aanval op zijn nucleaire installaties kunnen beschouwen als aanleiding voor preventieve of reactieve acties, ook op Europees grondgebied.
Minister Verlinden bevestigt dat de Belgische diensten voortdurend de dreiging analyseren en ad-hocmaatregelen nemen in functie van evenementen en risico-evoluties. Minister Quintin stelt dat de Joodse gemeenschap onverminderd tot de meest bedreigde doelwitten behoort.
Kamerlid Michael Freilich, die de situatie al langer op de agenda plaatst, reageert bezorgd maar opbouwend:
“Ik wens de regering te bedanken voor de zichtbare extra politiepatrouilles rond risicolocaties, maar we moeten ook realistisch zijn: een politieman op elke straathoek is niet haalbaar. Wat wél kan, is dat we allemaal – Joden én niet-Joden – extra waakzaam zijn. Zie je iets verdacht? Meld het dan meteen. Samen kunnen we drama’s voorkomen.”
Freilich benadrukt dat veiligheid een gedeelde verantwoordelijkheid is. Hij roept iedereen op om waakzaam en solidair te zijn in deze gespannen tijden.
Inzet leger
Ondertussen werkt de regering ook aan een kader om de inzet van militairen opnieuw mogelijk te maken via een territoriale reserve, zo staat in het regeerakkoord. Die zal mogen instaan voor de beveiliging van plaatsen die permanent onder een verhoogd dreigingsniveau staan, zoals de joodse instellingen en enkele ambassades.
Freilich: “Ik besef dat dit niet voor morgen is, er moet eerst een duidelijk wetgevend kader worden opgesteld zodat militairen ook mensen mogen aanhouden en fouilleren waar nodig. Daarnaast moeten ook de nodige manschappen worden aangetrokken en getraind. Toch wil ik de regering bedanken dat ze de aanzet hiervoor heeft gegeven in het regeerakkoord.”