
Op de man spelen ben ik gewoon van oppositiepartijen, niet van zichzelf respecterende journalisten. Dat een columnist zulke beschuldigingen publiceert zonder zelfs maar één keer met mij contact op te nemen, is een journalist onwaardig.
Omdat feiten belangrijk zijn, zet ik het graag even op een rij:
November ’24:
Tijdens de jaarlijkse hoorzitting in de Kamer had ik stevige, maar onderbouwde kritiek op Proximus. Wanneer is er een beter moment om een CEO het vuur aan de schenen te leggen dan wanneer de beurskoers een absoluut dieptepunt bereikt?
Mijn kritiek legde verschillende pijnpunten bloot: de lage free cash flow, dure leningen, te hoge kostenstructuur en mislukkingen bij buitenlandse aankopen.
Ik raad iedereen trouwens aan om die zitting te herbekijken en zelf te oordelen of mijn kritiek terecht is https://www.youtube.com/watch?v=N6sQ0ytoyyI
Begin ’25:
Xavier Niel, op dat moment één van de grootste minderheidsaandeelhouders, zag hoe zijn investering dreigde te verdampen en denkt eraan om zijn telecomexpertise in te zetten om het bedrijf te helpen. Aan zijn ervaring kan haast niemand tippen: in portefeuille heeft hij een tiental telecombedrijven verspreid over heel Europa, de meeste die hij met succes heeft opgericht of overgenomen – denk aan EIR Telecom, Tele2, FREE, Iliad en meer.
Februari ’25:
De CEO van Proximus stapt op. Binnen het bedrijf is de ontreddering compleet. In die context wordt ook ik, samen met anderen die het dossier politiek opvolgen, benaderd door NJJ Capital (het investeringsvehikel van Niel) met de vraag of een samenwerking onderzocht kan worden.
Ik bekijk het voorstel en stel vast: wie heeft de meeste telecomervaring — de Belgische staat – waar Proximus ondertussen blundert met een acquisitie waar ze € 400m verliest(!) en waar de CEO gaan lopen is – of een speler met tientallen jaren ervaring in diverse telecom markten?
Maart–april ’25:
Mijn conclusie: als een expert van dat kaliber bereid is om zijn schouders onder een hervorming te zetten, zonder er vooraf iets voor terug te vragen, dan is dat minstens het bekijken waard. Niel wilde Proximus helemaal niet “voor een appel en een ei” kopen — hij bezit zelf al een aanzienlijk aandelenpakket.
Er was ook geen sprake van dat de overheid haar aandelen zou moeten verkopen. NJJ vroeg enkel zeggenschap in het management, waardoor hij zelf “skin in the game” had, en vergoed zou worden via dividenden wanneer Proximus opnieuw naar behoren rendeert. Dat is een win-winsituatie — in de eerste plaats voor de Belgische staat, en dus voor alle Belgen.
Mei–juni ’25:
Ik leg mijn eerlijke analyse voor aan de regering, maar de uiteindelijke beslissing ligt uiteraard niet bij mij. Dat men besliste er niet op in te gaan, is hun goed recht.
Ik heb daarvoor nooit één euro ontvangen of beloofd gekregen – niet rechtstreeks, niet onrechtstreeks, niet financieel, materieel of in welke andere vorm dan ook.
Oktober ’25:
L’Echo komt maanden later met dit oude verhaal naar buiten. Dat kranten hun pagina’s moeten vullen, begrijp ik, maar er is niets spectaculairs aan: fusies, overnames en samenwerkingen zijn dagelijkse kost in de telecomwereld. Soms gaan ze door, andere keren niet.
Conclusie:
Dat sommige mensen liever insinueren dan eerst even te bellen, zegt meer over hen dan over mij.
Dus neen, toen ik in november vorig jaar mijn felle kritiek uitte op Proximus, had ik nog nooit enig contact gehad met iemand van NJJ Capital. En ook na het afspringen van de deal blijft mijn oordeel over het bestuur van Proximus ongewijzigd — zie bijvoorbeeld mijn reactie aan Trends.
Ik doe als parlementslid wat mijn taak is: overheidsbedrijven kritisch tegen het licht houden. Dat zal ik blijven doen — met kennis van zaken, onafhankelijk, en altijd in het belang van de belastingbetaler.
MICHAEL FREILICH (N-VA)