De sector van de pakjesbedeling is berucht voor inbreuken op de sociale wetgeving. Bevoegd minister Petra De Sutter beloofde hieraan paal en perk te stellen, via een nieuwe wet op de arbeidsomstandigheden van pakjesbezorgers. Vandaag werd de ontwerptekst van deze ‘pakjeswet’ besproken in de Kamercommissie Mobiliteit. De private spelers in de sector reageren vernietigend en maken gewag van bevoordeling van hun concurrent bpost. Michael Freilich was erbij en legt ons uit waar het schoentje wringt.

 
- Michael, wat is bij de private bedrijven het grootste bezwaar? 

Michael Freilich: “De regering lijkt voor een bijna communistisch recept te kiezen in de strijd tegen wantoestanden in de sector: de private bedrijven worden verplicht tot hogere kosten en meer bureaucratische rompslomp. Zo komt er een wettelijke minimumkost voor pakjesbedeling en worden de bedrijven verplicht om een vergoeding te betalen aan overheidswaakhond BIPT, waaraan ze per semester een hele resem informatie moeten rapporteren. De nieuwe pakjeswet jaagt hierdoor vooral de private spelers op kosten, net op een moment dat hun winstmarges al geslonken zijn van 4-5% naar amper 1,5%. De achterliggende drijfveer hiervan lijkt voor hen duidelijk: de marktdominantie van bpost, dat voor de helft in overheidshanden is, nog verder versterken door de concurrentie uit te dunnen.” 
- Dat zijn zware woorden, want dit veronderstelt gelobby op politiek niveau door bpost hierover. 
Michael Freilich: “Het is zonneklaar dat bpost zijn invloed heeft aangewend om de pakjeswet voor dat bedrijf zo gunstig mogelijk te maken. We weten ook hoe. Op het kabinet van bevoegd minister Petra De Sutter werkten toen twee medewerkers van bpost die door bpost werden betaald. Uit de verslagen van het sociaal overleg rond het voorontwerp van de nieuwe pakjeswet blijkt duidelijk dat zij een coördinerende rol speelden in de totstandkoming daarvan. En dat terwijl bpost een beursgenoteerd bedrijf is en de pakjesmarkt volledig is geliberaliseerd. Zulke toestanden zijn enkel in België mogelijk.”


- Opvallend: ook waakhond BIPT reageert vernietigend op het wetsontwerp. 
Michael Freilich: “Inderdaad. De regulator wijst erop dat de nieuwe pakjeswet negatieve gevolgen zou hebben voor de rendabiliteit van de bedrijven die actief zijn in het 'goedkoopste' deel van het pakketsegment. Voor hen voorspelt de BIPT zelfs een verlies van -0,5%, terwijl de rentabiliteit van bpost zou doorgroeien naar 12%. Dat kan leiden tot faillissementen en marktuittredingen van de private spelers, waaronder omvangrijke bedrijven. Ik kan er niet om heen dat dit de uitdrukkelijke bedoeling is van de pakjeswet, die immers op maat geschreven is van bpost.” 


- Dat neemt niet weg dat er wel degelijk sprake is van wantoestanden in de sector. Welke stappen dient de regering ons inziens te nemen om deze efficiënter aan te pakken?

Michael Freilich: “Die wantoestanden bestaan inderdaad. Maar ze zijn niet het gevolg van een gebrek aan sociale wetgeving, eerder van een gebrekkige afdwinging daarvan. Het gros van de inbreuken doet zich voor bij onderaannemers. Dat kun je maar aanpakken als je het opdrachtgevende bedrijf daarvoor hoofdelijk aansprakelijk maakt, zoals reeds het geval is in de bouwsector. De regering wil die stap evenwel niet nemen. Er komt weliswaar een verantwoordelijkheid, maar enkel voor inbreuken door de rechtstreekse onderaannemer, terwijl de flagrantste misbruiken lager op de ketting gebeuren. Die blijven dus buiten schot. Dat moet anders. Maak postbedrijven verantwoordelijk voor alle bedrijven die voor hen in onderaanneming werken, rechtstreeks en onrechtstreeks, en stel hen ook in staat om de naleving van de sociale wetgeving door die bedrijven te controleren. Dat zal veel meer zoden aan de dijk brengen dan het pesten van de private postsector met meer bureaucratie en hogere kosten.”

Onderwerpen