Vier conclusies

Freilich trekt alvast vier conclusies uit de cijfers die hij opvroeg, bijna drie maanden na de lancering van Coronalert:

  1. Er waren 2,2 miljoen downloads van de app, dus dat klinkt goed. Maar schijn bedriegt, een download betekent niet noodzakelijk dat de app ook wordt ingeschakeld, effectief wordt gebruikt of nadien niet wordt verwijderd.
  2. Sinds 30 september hebben 20.000 mensen die de app geïnstalleerd hadden positief getest. Maar, in die periode testte een klein half miljoen Belgen positief op het virus. Dat is dus slechts 4 procent van de bevestigde gevallen.
  3. Nog erger: slechts de helft van de mensen die besmet is geraakt, maakt effectief gebruik te maken van de functie om anderen te verwittigen. Dat brengt het totaal op 2 procent van alle infecties.
  4. Wat ook opvalt: Vlamingen maken het grootste deel uit van de gebruikers, dat is te verwachten aangezien er 60 procent Vlamingen zijn ten opzichte van 40 procent Franstaligen. Maar zelfs bijgesteld om daarmee rekening te houden blijken Vlamingen met kop en schouders de grootste gebruikers. Ongeveer een kwart van de Vlamingen heeft de app gedownload; bij de Franstaligen is dat slechts 15 procent.

Federale regering ontloopt verantwoordelijkheid

De federale regering ontloopt haar verantwoordelijkheid en moet veel meer inzetten op promotie van de app, vindt Freilich. Dat kan onder andere met een brede campagne gedragen door BV’s en influencers die de app aanprijzen.

Minder Franstalige gebruikers

Dat Franstaligen de app minder downloaden, roept alleszins vragen op. Speelt een verschil in attitude met betrekking tot privacy een rol, heeft het te maken met de digitale penetratiegraad of speelt er nog iets anders? Men zou dit zeker moeten onderzoeken, besluit Freilich.